"Sociale zekerheid: toestand waarbij voor allen de bezorgdheid voor gebrek wordt uitgesloten, (ook) het geheel van instellingen en regelingen die dienen om deze toekomst te verzekeren." Mijn Van Dale – weliswaar uit 1992 – laat er geen twijfel over bestaan: de sociale zekerheid is er voor ons allemaal. Toch roept rechts steeds vaker en luider dat je eerst moet bijdragen voor je er recht op hebt. Een uitkering? Eerst lang genoeg werken! Een deftig pensioen? Minstens 45 arbeidsjaren op de teller!
Een gevaarlijke evolutie, want zo vervelt onze sociale zekerheid tot een banaal verzekeringssysteem. Ook voor de gezondheidszorg. Daar wil men via risico-analyses de bijdrages vastleggen. Want iedereen is toch verantwoordelijk voor zijn eigen leven en gezondheid? Wie zijn gat brandt moet op de blaren zitten.
Absurd! Het is al lang duidelijk dat niet iedereen bij de geboorte dezelfde kaarten krijgt. Sommigen groeien op in een rijk gezin, anderen in een arm, en wie echt pech heeft in een ontwikkelingsland. Geen enkele baby kiest waar de ooievaar hem neerzet. Voor wie in armoede geboren wordt, is het niet vanzelfsprekend om een mooi diploma te halen of gezond te leven. Minder ondersteuning, financieel tekort, stress, noem maar op. Door te fel te focussen op individuele verantwoordelijkheid straf je mensen die het al moeilijk hebben. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?
Geef mij maar een echte sociale zekerheid: solidair en zonder compromissen. Ook als dat betekent dat werkenden meebetalen voor werklozen. Of sporters voor rokers. Maar net zo goed dat couch potatoes bijdragen voor fracturen van vrijetijdslopers, voetballers voor tennisellebogen, kinderloze koppels voor materniteiten en gezonde mensen voor wie ziek is. Dàt is nu eenmaal solidariteit. Dàt is nu eenmaal wat onze samenleving tot een beschaving maakt. Daarom zijn besparingen in de sociale zekerheid of de splitsing ervan een slecht idee. Solidariteit werkt best bij een zo groot mogelijke, diverse groep mensen. Daar hebben we allemaal baat bij. Of vertrouw jij liever op de ooievaar?