Belgen grijpen te vaak en te snel naar pillen. Deels omdat de terugbetaling van psychotherapie nog steeds niet geregeld is. Nochtans maakte de wet op de geestelijke gezondheidsberoepen, onder impuls van vorig gezondheidsminister Laurette Onkelinx (PS), hiervoor de weg vrij. Maar opvolgster Maggie De Block (Open VLD) gaat nu dwarsliggen en laat na die wet uit te voeren. Hiervan zijn vooral de patiënten de dupe, want zonder wettelijk kader geen terugbetaling. Tegelijk – en ook dat is verontrustend - dreigt zo een verschraling van de geestelijke gezondheidszorg.
Om de patiënt te beschermen kwam er na jarenlange discussies in 2014 de wet op de geestelijke gezondheidsberoepen. Met daarin strikte voorwaarden – o.a. 8 jaar studies - voor wie als psychotherapeut aan de slag wil. Maar ook met de nodige aandacht voor de diversiteit en de specialisatie op het terrein. Zo waarborgt men de kwaliteit van de zorg en zijn er voldoende garanties om goede therapeuten van charlatans te scheiden.
Helaas was die regeling niet naar de zin van Maggie De Block die nu de huidige wetgeving onder vuur neemt. Zij wil in de toekomst uitsluitend artsen en masters klinische psychologen toelaten tot de psychotherapie. Een ongepaste, corporatieve reflex wanneer er zo’n grote nood bestaat aan een sterke gezondheidszorg. Want met haar demarches zet de minister de erkenning en terugbetaling van psychotherapie weer op losse schroeven.
Te meer omdat het kwaliteitsargument waarachter De Block zich verschuilt vals is. Net door de brede instroom aan deskundigen vandaag, kan men de beste resultaten boeken. Zo zal een filosoof, een assistent in de psychologie of een sociaal-werker met een grondige therapieopleiding een probleem helemaal anders benaderen dan een psycholoog. Die diversiteit moeten we koesteren, want alleen zo kunnen we een performante en toegankelijke geestelijke gezondheidszorg realiseren. En dat is toch de bedoeling?